Kritiek

Er is ook kritiek op de Cito-eindtoets:

- De toets bevat teveel contextuele opgaven;
- De toets is een momentopname;
- De leerling wordt gedurende de gehele acht jaar op de basisschool reeds gevolgd, de uitslag is dus voorspelbaar;
- Er wordt veel waarde aan de toets gehecht waardoor de kinderen teveel onder druk gezet worden. Bovendien zou het ertoe leiden dat de toetsresultaten als een bindend schooladvies zouden worden beschouwd, iets wat de toets niet beoogt;
- De toets meet alleen de cognitie;
- De toets is talig, waardoor er een onbetrouwbare score is bij dyslectische kinderen en kinderen met een andere moedertaal;
- De toets is ongeschikt voor kinderen met een laag IQ of gedrags- en leerstoornissen.
- Ondanks de kritiek wilde de minister van Onderwijs de toets vanaf 2008 verplicht maken voor elke school en voor elk basisschoolkind, maar in februari 2009 luidt het dat staatssecretaris Dijksma de Cito-toets ook in de toekomst niet verplicht wil stellen.[2] Men zou de Cito-toets eerder als een tweede kans kunnen zien.[3] Begin maart 2011 vindt het kabinet Rutte dat de eindtoets verplicht moet worden en tevens later in het jaar (rond April) moet worden georganiseerd.